In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt.
In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen:
Het is mogelijk dat gekleurde afbeeldingen niet in de juiste kleuren worden afgedrukt omdat de tonerkleuren niet naar behoren worden gemengd als een van de kleurentonercassettes bijna leeg is. U kunt de afdrukkwaliteit tijdelijk verbeteren door de toner opnieuw te verdelen.
![]() |
|
Het Smart Panel-programmavenster verschijnt op het computerscherm om aan te geven welke kleurentonercassette bijna leeg is (zie Het programma Smart Panel gebruiken). |
Druk op de ontgrendelknop en open de voorklep volledig.
Houd de tonercassette vast bij de grepen en trek de cassette uit de printer.
Houd beide grepen van de tonercassette vast en schud de cassette goed van links naar rechts om de toner opnieuw te verdelen.
![]() |
|
Als u toner op uw kleding krijgt, veeg de toner dan af met een droge doek en was het kledingstuk in koud water. Als u warm water gebruikt, hecht de toner zich aan de stof. |
Schuif de tonercassette terug in het apparaat.
Sluit de voorklep. Controleer of de klep goed is vergrendeld.
![]() |
|
Als de voorklep niet volledig is gesloten, werkt het apparaat niet. |
U kunt de meeste papierstoringen voorkomen door het juiste type afdrukmedia te gebruiken. Raadpleeg de volgende richtlijnen als er een papierstoring optreedt (zie Papierstoringen verhelpen).
Volg de stappen onder De grootte van de lade aanpassen. Zorg ervoor dat de verstelbare geleiders correct zijn ingesteld.
Plaats niet te veel papier in de lade. Zorg dat de papierstapel niet boven de maximummarkering aan de binnenzijde van de lade uitkomt.
Verwijder geen papier uit de papierlade tijdens het afdrukken.
Buig het papier, waaier het uit en maak er een rechte stapel van voor u het in de lade plaatst.
Gebruik geen gekreukt, vochtig of sterk gekruld papier.
Plaats geen verschillende soorten papier in een lade.
Gebruik alleen aanbevolen afdrukmedia (Papierformaat en -type instellen).
Zorg ervoor dat het afdrukmateriaal in de lade wordt geplaatst met de afdrukzijde naar boven.
![]() |
|
Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. Volg de aanwijzingen in de volgende hoofdstukken om de papierstoring te verhelpen. |
Als er een papierstoring optreedt, licht de status-LED op het bedieningspaneel oranje op. Zoek en verwijder het vastgelopen papier.
Volg de onderstaande stappen om vastgelopen papier uit het papierinvoergebied te verwijderen.
Open de klep aan de voorzijde en sluit deze weer. Het vastgelopen papier wordt automatisch uitgevoerd. Als het papier niet uit het apparaat komt, gaat u door met de volgende stap.
Trek de lade eruit.
Verwijder het vastgelopen papier door het voorzichtig in een rechte lijn naar buiten te trekken.
Als het papier niet naar buiten komt als u eraan trekt, of als er geen papier te zien is in dit deel van de printer, controleert u de fixeereenheid rond de tonercassette (zie Binnen in het apparaat).
Plaats de lade terug in het apparaat tot deze vastklikt. De printer gaat automatisch door met afdrukken.
![]() |
|
Het gebied rond de fixeereenheid is heet. Wees voorzichtig bij het verwijderen van papier uit deze zone, om te voorkomen dat u uw vingers brandt. |
Open de klep aan de voorzijde en sluit deze weer. Het vastgelopen papier wordt automatisch uitgevoerd. Als het papier niet uit het apparaat komt, gaat u door met de volgende stap.
Open de achterklep om het vastgelopen papier te verwijderen.
Verwijder het vastgelopen papier door er voorzichtig in de hieronder aangegeven richting aan te trekken. Hiermee kunt u vastgelopen papier doorgaans verwijderen.
![]() |
|
Raak de fixeereenheid onder de binnenste klep niet aan. De fixeereenheid is heet en kan brandwonden veroorzaken. Wees voorzichtig bij het verwijderen van papier uit deze zone, om te voorkomen dat u uw vingers brandt. |
Indien het papier niet naar buiten komt wanneer u eraan trekt of indien u in dat gebied geen papier ziet, controleert u het papieruitvoergebied (zie In het papieruitvoergebied).
Sluit de achterklep. Zorg ervoor dat ze goed gesloten is. De printer gaat automatisch door met afdrukken.
![]() |
|
Het gebied rond de fixeereenheid is heet. Wees voorzichtig bij het verwijderen van papier uit deze zone, om te voorkomen dat u uw vingers brandt. |
Trek het papier voorzichtig uit de uitvoerlade.
Stop als u het vastgelopen papier niet kunt zien of als u weerstand ondervindt wanneer u eraan trekt, en ga door met de volgende stap.
Open de achterklep om het vastgelopen papier te verwijderen.
Verwijder het papier door er voorzichtig in de hieronder aangegeven richting aan te trekken. Hiermee kunt u in de meeste gevallen het vastgelopen papier verwijderen.
Als u het vastgelopen papier niet kunt vinden of als u enige hinder ondervindt bij het weghalen van het papier, gaat u verder met de volgende stap.
![]() |
|
Als het papier scheurt, zorg er dan voor dat alle stukjes papier uit het apparaat worden verwijderd. |
Duw de hendels van de fixeereenheid omhoog.
![]() |
|
Het gebied rond de fixeereenheid is heet. Wees voorzichtig wanneer u papier uit het apparaat verwijdert. |
Open het bovenste en binnenste deksel.
Haal terwijl u de binnenklep openhoudt zorgvuldig het vastgelopen papier uit het apparaat. De binnenklep zal vervolgens automatisch sluiten.
![]() |
|
Raak de fixeereenheid onder de binnenste klep niet aan. De fixeereenheid is heet en kan brandwonden veroorzaken. Wees voorzichtig bij het verwijderen van papier uit deze zone, om te voorkomen dat u uw vingers brandt. |
Sluit de bovenklep. Zorg ervoor dat ze goed gesloten is.
Duw de hendels van de fixeereenheid omlaag.
Open en sluit de achter- of voorklep om door te gaan met afdrukken.
In het onderstaande overzicht vindt u een aantal mogelijke problemen met de bijbehorende oplossingen. Voer de stappen uit in de aangegeven volgorde tot het probleem is verholpen. Neem contact op met de klantenservice als het probleem zich blijft voordoen.
Andere mogelijke problemen:
Probleem |
Voorgestelde oplossing |
|||
---|---|---|---|---|
Het rode waarschuwingslampje brandt. |
Zet het apparaat aan/uit. Neem contact op met een medewerker van de klantenservice als het probleem zich blijft voordoen (zie Contact SAMSUNG worldwide).
|
Probleem |
Voorgestelde oplossingen |
---|---|
Het apparaat krijgt geen stroom, of de verbindingskabel tussen de computer en het apparaat is niet goed aangesloten. |
|
Probleem |
Voorgestelde oplossingen |
---|---|
Papier loopt vast tijdens het afdrukken. |
Verwijder het vastgelopen papier (zie Papierstoringen verhelpen). |
Papier kleeft aan elkaar. |
|
Invoerprobleem met een aantal vellen tegelijk. |
Er kan niet meer dan één papiersoort tegelijk in de lade worden geplaatst. Plaats papier van maar één soort, formaat en gewicht. |
Afdrukpapier wordt niet ingevoerd. |
|
Het papier blijft vastlopen. |
|
Transparanten kleven aan elkaar in de papieruitvoerlade. |
Gebruik alleen transparanten die speciaal voor laserprinters zijn bedoeld. Verwijder elke transparant zodra het is uitgevoerd. |
Enveloppen trekken scheef of worden niet goed ingevoerd. |
Zorg dat de papiergeleiders aan beide kanten van de envelop goed zijn ingesteld (ze moeten de envelop net raken). |
Probleem |
Mogelijke oorzaak |
Voorgestelde oplossingen |
|||
---|---|---|---|---|---|
Het apparaat drukt niet af. |
Het apparaat krijgt geen stroom. |
Controleer of het netsnoer is aangesloten. |
|||
Het apparaat is niet als standaardprinter geselecteerd. |
Selecteer uw printer als de standaardprinter in Windows. |
||||
Controleer het volgende:
Neem contact op met een medewerker van de klantenservice als er een systeemfout optreedt. |
|||||
De verbindingskabel tussen de computer en het apparaat is niet goed aangesloten. |
Maak de kabel van het apparaat los en sluit hem opnieuw aan. |
||||
De verbindingskabel tussen de computer en het apparaat is mogelijk defect. |
Sluit de kabel indien mogelijk aan op een andere computer die naar behoren werkt en druk een document af. U kunt ook proberen om een andere kabel voor uw apparaat te gebruiken. |
||||
De poortinstelling is verkeerd. |
Controleer de printerinstellingen in Windows om vast te stellen of de afdruktaak naar de juiste poort wordt gestuurd. Als uw computer meerdere poorten heeft controleert u of het apparaat op de juiste poort is aangesloten. |
||||
Het apparaat is mogelijk niet goed geconfigureerd. |
Controleer de Voorkeurinstellingen openen). om na te gaan of alle afdrukinstellingen correct zijn (zie |
||||
Het printerstuurprogramma is mogelijk niet goed geïnstalleerd. |
Herstel de software van het apparaat (zie Het stuurprogramma installeren voor een USB-apparaat, Het stuurprogramma installeren voor een apparaat dat via het netwerk is aangesloten). |
||||
Het apparaat werkt niet goed. |
|
||||
Het document is zo groot dat er onvoldoende ruimte is op de harde schijf van de computer om toegang te krijgen tot de afdruktaak. |
Wijs meer vasteschijfruimte op de computer toe voor spooling en probeer af te drukken. |
||||
De uitvoerlade is vol. |
De uitvoerlade kan maximaal 80 (80 g/m2) vellen normaal papier bevatten. Wanneer het papier uit de uitvoerlade is verwijderd, gaat het apparaat door met afdrukken. |
||||
Als het apparaat lange tijd aan een stuk door wordt gebruikt, kan de afdruksnelheid afnemen of kan het apparaat de taken onderbreken om af te koelen. |
Wacht totdat het apparaat is afgekoeld. Wanneer het apparaat is afgekoeld, worden de afdruktaken automatisch hervat. |
||||
Het apparaat haalt papier uit de verkeerde invoerbron. |
De papieroptie die in de is geselecteerd is mogelijk onjuist. |
In veel softwaretoepassingen kan de lade worden geselecteerd op het tabblad Papier in de Voorkeurinstellingen openen.) Selecteer de juiste papierbron. (Zie |
|||
Een afdruktaak wordt uiterst langzaam afgedrukt. |
De afdruktaak is mogelijk zeer complex. |
Maak de pagina minder complex of wijzig de instellingen voor de afdrukkwaliteit. |
|||
De helft van de pagina is leeg. |
De afdrukstand werd mogelijk verkeerd ingesteld. |
Wijzig de afdrukstand in het desbetreffende programma. Raadpleeg Help bij het printerstuurprogramma. |
|||
Het ingestelde papierformaat stemt niet overeen met het formaat van het papier in de lade. |
Controleer of het papierformaat dat is ingesteld in het printerstuurprogramma overeenstemt met het papier in de papierlade. Controleer of het papierformaat dat is ingesteld in het printerstuurprogramma overeenstemt met het papier dat is geselecteerd in het programma dat u gebruikt. |
||||
Het apparaat drukt wel af, maar de tekst is niet correct, vervormd of niet compleet. |
De kabel van het apparaat zit los of is defect. |
Maak de kabel van het apparaat los en sluit hem opnieuw aan. Druk een document af dat u eerder wel correct hebt kunnen afdrukken. Sluit kabel en apparaat indien mogelijk aan op een andere computer en druk een document af dat u eerder wel correct hebt kunnen afdrukken. Als dit alles niet helpt, probeert u een nieuwe printerkabel. |
|||
Het verkeerde printerstuurprogramma is geselecteerd. |
Controleer in het afdrukmenu van de toepassing of u de juiste printer hebt geselecteerd. |
||||
De softwaretoepassing werkt niet naar behoren. |
Probeer een document af te drukken vanuit een andere toepassing. |
||||
Het besturingssysteem werkt niet naar behoren. |
Sluit Windows af en start de computer opnieuw op. Schakel het apparaat uit en weer in. |
||||
Als u in een DOS-omgeving werkt is het mogelijk dat het lettertype voor uw apparaat verkeerd is ingesteld. |
Zie Lettertype-instellingen wijzigen (alleen bij CLP-320N(K)/CLP-321N/CLP-325W(K)). |
||||
Er worden blanco pagina’s "afgedrukt". |
De tonercassette is leeg of beschadigd. |
Herverdeel de toner indien nodig. Vervang de tonercassette indien nodig. |
|||
Het bestand bevat mogelijk blanco pagina’s. |
Controleer of het bestand blanco pagina’s bevat. |
||||
Er is mogelijk een onderdeel van het apparaat defect (bijvoorbeeld de controller of het moederbord). |
Neem contact op met een medewerker van de klantenservice. |
||||
Het apparaat drukt het PDF-bestand niet juist af. Sommige afbeeldingen, tekst of illustraties ontbreken. |
Incompatibiliteit tussen het PDF-bestand en de Acrobat-producten. |
Het bestand kan worden afgedrukt door het PDF-bestand af te drukken als een afbeelding. Schakel uit de afdrukopties van Acrobat in.
|
|||
De afdrukkwaliteit van foto’s is niet goed. De afbeeldingen zijn niet duidelijk. |
De resolutie van de foto is erg laag. |
Maak de foto kleiner. Als u de foto in de softwaretoepassing vergroot, vermindert de resolutie. |
|||
Er komt voor het afdrukken stoom uit het apparaat ter hoogte van de uitvoerlade. |
Het gebruik van geperforeerd papier kan aanleiding geven tot de verspreiding van dampen tijdens het afdrukken. |
Dit is geen probleem. Ga gewoon door met afdrukken. |
|||
Het apparaat drukt geen speciaal papier zoals rekeningpapier af. |
Het papierformaat en de papierformaatinstelling komen niet overeen. |
Stel het juiste papierformaat in onder Voorkeurinstellingen openen). op het tabblad in (zie |
|||
Het afgedrukte factuurpapier krult op. |
De instelling voor de papiersoort klopt niet. |
Stel de resolutie van de printer anders in en probeer het opnieuw. Ga naar de Voorkeurinstellingen openen). , klik op het tabblad en stel de papiersoort in op (zie |
|||
Het afgedrukte papier krult op. |
Papierkrulling wordt door verschillende factoren veroorzaakt, zoals temperatuur, vochtigheid, type papier, dekkingsgraad, enzovoort. |
Gebruik de optie Voorkeurinstellingen openen), klik op het tabblad en schakel het selectievakje in. Deze optie optimaliseert de omgevingsfactoren om papierkrulling te beperken. . Ga naar (zie |
Vuil aan de binnenkant van het apparaat of verkeerd geplaatst papier kan tot een verminderde afdrukkwaliteit leiden. Raadpleeg de onderstaande tabel om het probleem te verhelpen.
Probleem |
Voorgestelde oplossing |
---|---|
Lichte of vage afdrukken ![]() |
|
De bovenste helft van de afdruk is lichter dan de rest ![]() |
Misschien hecht de toner zich niet goed aan dit type papier.
|
Tonervlekken ![]() |
|
Onregelmatigheden ![]() |
Als op willekeurige plaatsen vage, doorgaans ronde, plekken verschijnen.
|
Witte vlekken ![]() |
Er verschijnen witte vlekken op de pagina.
|
Verticale strepen ![]() |
Als de pagina zwarte verticale strepen vertoont:
Als de pagina witte verticale strepen vertoont:
|
Gekleurde of zwarte achtergrond ![]() |
Als er in lichte gedeelten te veel toner wordt gebruikt (grijze achtergrond):
|
Tonervegen ![]() |
|
Verticale regelmatige fouten ![]() |
Als de bedrukte zijde van de pagina met gelijke intervallen afwijkingen vertoont:
|
Schaduwvlekken ![]() |
Schaduwvlekken worden veroorzaakt door kleine hoeveelheden toner die willekeurig verspreid op de afdruk voorkomen.
|
Rond tekens of afbeeldingen bevinden zich tonerdeeltjes ![]() |
Misschien hecht de toner zich niet goed aan dit type papier.
|
Misvormde tekst ![]() |
|
Papier schuin ![]() |
|
Gekruld of gegolfd ![]() |
|
Vouwen of kreuken ![]() |
|
Achterkant van afdrukken is vuil ![]() |
|
Eén effen kleur of zwarte pagina’s ![]() |
|
Losse toner ![]() |
|
Openingen in tekens ![]() |
Letters worden onvolledig afgedrukt omdat er witte plekken verschijnen op plaatsen die zwart zouden moeten zijn:
|
Horizontale strepen ![]() |
Controleer bij horizontale zwarte strepen of vegen het volgende:
|
Krullen ![]() |
Als het afgedrukte papier opkrult of als het papier niet wordt ingevoerd, doet u het volgende:
|
Er verschijnt voortdurend een onbekende afbeelding op enkele vellen, er zit losse toner op de afdruk, of de afdruk is te licht of vuil. |
Waarschijnlijk gebruikt u het apparaat op een hoogte van 1 000 meter of meer. Dergelijke hoogten kunnen de afdrukkwaliteit beïnvloeden (bijv. losse toner of lichte afdruk). U kunt deze optie instellen via het hulpprogramma Luchtdrukaanpassing). (zie |
Probleem |
Voorgestelde oplossingen |
---|---|
Tijdens de installatie verschijnt het bericht "Bestand in gebruik". |
Sluit alle softwaretoepassingen af. Verwijder alle software uit de opstartgroep en start vervolgens Windows weer op. Installeer het printerstuurprogramma opnieuw. |
Het bericht "Algemene beschermingsfout", "OE-uitzondering", "Spool 32" of "Ongeldige bewerking" verschijnt. |
Sluit alle andere toepassingen af, start Windows opnieuw op en probeer opnieuw af te drukken. |
Het bericht "Kan niet afdrukken" of "Er is een time-outfout in de printer opgetreden" verschijnt. |
Deze berichten kunnen tijdens het afdrukken verschijnen. Wacht tot het apparaat klaar is met afdrukken. Als het bericht verschijnt in standby-modus of nadat de afdruk is voltooid, controleert u de aansluiting en gaat u na of er een fout is opgetreden. |
![]() |
|
Raadpleeg de gebruikershandleiding van Microsoft Windows die met uw computer is meegeleverd voor meer informatie over foutmeldingen in Windows. |
Probleem |
Voorgestelde oplossingen |
---|---|
Het apparaat drukt niet af. |
|
Bepaalde kleurafbeeldingen worden volledig zwart afgedrukt. |
Dit is een bekende bug in Ghostscript (tot GNU Ghostscript versie 7.05) als de basiskleurruimte van het document geïndexeerde kleurruimte is en via CIE-kleurruimte wordt geconverteerd. Aangezien PostScript CIE-kleurruimte gebruikt voor het kleuraanpassingssysteem, moet u Ghostscript op uw systeem upgraden naar GNU Ghostscript versie 7.06 of een hogere versie. Recente Ghostscript-versies vindt u op www.ghostscript.com. |
Sommige kleurafbeeldingen worden afgedrukt in onverwachte kleuren. |
Dit is een gekende bug in Ghostscript (tot GNU Ghostscript versie 7.xx) als de basiskleurruimte van het document wordt geïndexeerd als RGB-kleurruimte en wordt geconverteerd via CIE-kleurruimte. Omdat Postscript CIE-kleurruimte gebruikt voor het kleurvergelijkingssysteem, dient u Ghostscript op uw systeem bij te werken naar GNU Ghostscript versie 8.xx of een hogere versie. Recente Ghostscript-versies vindt u op www.ghostscript.com. |
Het apparaat drukt geen volledige pagina’s af. Slechts de helft van de pagina wordt afgedrukt. |
Dit is een gekend probleem dat zich voordoet bij gebruik van een kleurenprinter met versie 8.51 of een oudere versie van Ghostscript, 64-bits Linux OS. Dit probleem is aan bugs.ghostscript.com gemeld als Ghostscript Bug 688252. Het probleem is opgelost in AFPL Ghostscript versie 8.52 of een hogere versie. Download de meest recente versie van AFPL Ghostscript van http://sourceforge.net/projects/ghostscript/ en installeer deze om dit probleem op te lossen. |
De foutmelding "Cannot open port device file" verschijnt als ik een document afdruk. |
Wijzig nooit de parameters van een afdruktaak (via LPR GUI bijvoorbeeld) terwijl er een afdruktaak wordt uitgevoerd. Diverse versies van CUPS-server breken de afdruktaak af als de afdrukopties worden gewijzigd en proberen vervolgens de taak vanaf het begin opnieuw uit te voeren. Aangezien Unified Linux Driver de mfp-poort tijdens het afdrukken vergrendelt, blijft deze vergrendeld door het abrupte afbreken van het stuurprogramma zodat de poort niet beschikbaar is voor volgende afdruktaken. Als deze situatie zich voordoet, probeert u de mfp-poort vrij te geven door te selecteren in . |
![]() |
|
Raadpleeg de gebruikershandleiding van Linux die bij uw computer werd geleverd voor meer informatie over Linux-foutberichten. |
Probleem |
Voorgestelde oplossingen |
|||
---|---|---|---|---|
Het apparaat drukt PDF-bestanden niet juist af. Sommige delen van afbeeldingen, tekst of illustraties ontbreken. |
Het bestand kan worden afgedrukt door het PDF-bestand af te drukken als een afbeelding. Schakel uit de afdrukopties van Acrobat in.
|
|||
Het document is afgedrukt, maar de afdruktaak is niet verdwenen uit de wachtrij in Mac OS X 10.3.2. |
Werk uw Mac OS-versie bij tot Mac OS X 10.3.3 of een hogere versie. |
|||
Bepaalde letters worden niet normaal weergegeven tijdens het afdrukken van het voorblad. |
Mac OS kan het lettertype niet aanmaken tijdens het afdrukken van het voorblad. Het Nederlandse alfabet en Nederlandse cijfers worden normaal weergegeven op het voorblad. |
|||
Als u op een Macintosh-computer een document afdrukt met Acrobat Reader 6.0 of hoger worden de kleuren niet op de juiste wijze afgedrukt. |
Controleer of de resolutie-instelling in uw printerstuurprogramma overeenkomt met de resolutie-instelling in Acrobat Reader. |
![]() |
|
Raadpleeg de gebruikershandleiding van Macintosh die met uw computer is meegeleverd voor meer informatie over Macintosh-foutmeldingen. |